Lidwoord voor rapunzel
1
het/de rapunzel o+m
aanwijzend voornaamwoord
dit rapunzel, dat rapunzel
dichtbij dit rapunzel
verder weg dat rapunzel
betrekkelijk voornaamwoord
het rapunzel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun rapunzel
onbepaald voornaamwoord
elk rapunzel
buigings-e
het grote rapunzel, een groot rapunzel
aanwijzend voornaamwoord
deze rapunzel, die rapunzel
dichtbij deze rapunzel
verder weg die rapunzel
betrekkelijk voornaamwoord
de rapunzel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun rapunzel
onbepaald voornaamwoord
elke rapunzel
buigings-e
de grote rapunzel, een grote rapunzel