Lidwoord voor sportgeneeskunde
1
de sportgeneeskunde v
aanwijzend voornaamwoord
deze sportgeneeskunde, die sportgeneeskunde
dichtbij deze sportgeneeskunde
verder weg die sportgeneeskunde
betrekkelijk voornaamwoord
de sportgeneeskunde die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun sportgeneeskunde
onbepaald voornaamwoord
elke sportgeneeskunde
buigings-e
de grote sportgeneeskunde, een grote sportgeneeskunde