Lidwoord voor vrijetijdsbesteding
1
de vrijetijdsbesteding v
aanwijzend voornaamwoord
deze vrijetijdsbesteding, die vrijetijdsbesteding
dichtbij deze vrijetijdsbesteding
verder weg die vrijetijdsbesteding
betrekkelijk voornaamwoord
de vrijetijdsbesteding die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun vrijetijdsbesteding
onbepaald voornaamwoord
elke vrijetijdsbesteding
buigings-e
de grote vrijetijdsbesteding, een grote vrijetijdsbesteding