Lidwoord voor zenuwcel

1

de zenuwcel v(m)

aanwijzend voornaamwoord
deze zenuwcel, die zenuwcel

dichtbij deze zenuwcel

verder weg die zenuwcel

betrekkelijk voornaamwoord
de zenuwcel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun zenuwcel
onbepaald voornaamwoord
elke zenuwcel
buigings-e
de grote zenuwcel, een grote zenuwcel

Woorden die lijken op zenuwcel