Lidwoord voor zonnecel

1

de zonnecel v(m)

aanwijzend voornaamwoord
deze zonnecel, die zonnecel

dichtbij deze zonnecel

verder weg die zonnecel

betrekkelijk voornaamwoord
de zonnecel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun zonnecel
onbepaald voornaamwoord
elke zonnecel
buigings-e
de grote zonnecel, een grote zonnecel

Woorden die lijken op zonnecel