Lidwoord voor beeldverhaal
1
het beeldverhaal o
aanwijzend voornaamwoord
dit beeldverhaal, dat beeldverhaal
dichtbij dit beeldverhaal
verder weg dat beeldverhaal
betrekkelijk voornaamwoord
het beeldverhaal dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun beeldverhaal
onbepaald voornaamwoord
elk beeldverhaal
buigings-e
het grote beeldverhaal, een groot beeldverhaal