Lidwoord voor bosgod
1
de bosgod m
aanwijzend voornaamwoord
deze bosgod, die bosgod
dichtbij deze bosgod
verder weg die bosgod
betrekkelijk voornaamwoord
de bosgod die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun bosgod
onbepaald voornaamwoord
elke bosgod
buigings-e
de grote bosgod, een grote bosgod