Lidwoord voor ijsbaan

1

de ijsbaan v(m)

aanwijzend voornaamwoord
deze ijsbaan, die ijsbaan

dichtbij deze ijsbaan

verder weg die ijsbaan

betrekkelijk voornaamwoord
de ijsbaan die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun ijsbaan
onbepaald voornaamwoord
elke ijsbaan
buigings-e
de grote ijsbaan, een grote ijsbaan

Woorden die lijken op ijsbaan