Lidwoord voor nieuwzilver
1
het nieuwzilver o
aanwijzend voornaamwoord
dit nieuwzilver, dat nieuwzilver
dichtbij dit nieuwzilver
verder weg dat nieuwzilver
betrekkelijk voornaamwoord
het nieuwzilver dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun nieuwzilver
onbepaald voornaamwoord
elk nieuwzilver
buigings-e
het grote nieuwzilver, een groot nieuwzilver