Lidwoord voor slavistiek
1
de slavistiek v
aanwijzend voornaamwoord
deze slavistiek, die slavistiek
dichtbij deze slavistiek
verder weg die slavistiek
betrekkelijk voornaamwoord
de slavistiek die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun slavistiek
onbepaald voornaamwoord
elke slavistiek
buigings-e
de grote slavistiek, een grote slavistiek