Lidwoord voor WK
1
het WK o
wereldkampioenschap
aanwijzend voornaamwoord
dit WK, dat WK
dichtbij dit WK
verder weg dat WK
betrekkelijk voornaamwoord
het WK dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun WK
onbepaald voornaamwoord
elk WK
buigings-e
het grote WK, een groot WK
2
de WK meervoud
wereldkampioenschappen
aanwijzend voornaamwoord
deze WK, die WK
dichtbij deze WK
verder weg die WK
betrekkelijk voornaamwoord
de WK die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun WK
onbepaald voornaamwoord
elke WK
buigings-e
de grote WK, een grote WK