Lidwoord voor arbeidsmigrant
1
de arbeidsmigrant m
aanwijzend voornaamwoord
deze arbeidsmigrant, die arbeidsmigrant
dichtbij deze arbeidsmigrant
verder weg die arbeidsmigrant
betrekkelijk voornaamwoord
de arbeidsmigrant die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun arbeidsmigrant
onbepaald voornaamwoord
elke arbeidsmigrant
buigings-e
de grote arbeidsmigrant, een grote arbeidsmigrant